Mijn reis naar Italië in 1999 was een lastminute plan. Al mijn vakantiedagen voor dat jaar waren opgebruikt. Maar toen veranderde ik van werk, had mijn nieuwe werkgever liever dat ik pas op 1/1 bij hen startte in plaats van op 15/12 en besliste mijn oude werkgever dat ik wat vroeger mocht stoppen. Dat betekende dat ik onverwacht meer dan drie weken vrij was, en dus besloot ik om van de gelegenheid gebruik te maken om nog even op vakantie te gaan. Ik koos voor Italië, omdat ik daar (op een daguitstap naar Venetië na) nog nooit was geweest en ik er, een beetje naïef, vanuit ging dat de winter in Italië redelijk warm en zonnig was. Dat laatste klopte niet helemaal.
Ik boekte een vliegtuigticket naar Rome en was van plan van daaruit Toscane en Umbrië te bezoeken, maar liet mijn route uiteindelijk voor een groot deel bepalen door het weer.
Wat er mij is bijgebleven:
- De vlucht naar Rome. Halverwege de vlucht voelde ik dat we al aan het dalen waren en werd het eten plots wel erg snel afgeruimd
(het waren de jaren waarin een warme maaltijd nog standaard inbegrepen was in de prijs van een vliegtuigticket). Toen kwam er een mededeling uit de cockpit: één van onze motoren was uitgevallen, we zouden een noodlanding maken in Zürich. Ik vond dat op dat moment vooral onpraktisch, maakte mij absoluut geen zorgen, tot we bijna op de grond stonden en ons vliegtuig werd opgewacht door een hele horde brandweer- en ziekenwagens die terwijl we aan het landden waren al overal naast het vliegtuig reden met flikkerende lichten. Dat zal wel een standaardprocedure zijn bij een noodlanding, maar deed mij toch wel even schrikken. Enfin, na een paar uur in de luchthaven werden wij op een nieuwe vlucht naar Rome gezet en kwam ik er een paar uur later dan voorzien toch nog veilig en wel aan. - dat ik Firenze een prachtige stad vond en als ik soms de verhalen van anderen hoor blij ben dat ik er buiten het hoogseizoen was.
- Het uitzicht op San Gimignano, niet voor het uitzicht zelf maar omwille van de situatie. Ik volgde namelijk de bordjes naar hét uitzicht over San Gimignano, keek verwachtingsvol voor me en zag niets anders dan één groot mistgordijn. Het weer was op deze reis met momenten een spelbreker. In Firenze was de zon nog van de partij, maar door het slechte weer zag ik echt niets van San Gimignano en in Siena was het niet veel beter. Van Pisa herinner ik mij nog het meest hoe blij ik was dat ik een kamertje vond om in te logeren waar het bij aankomst al lekker warm was.
- Door het slechte weer gooide ik mijn plannen om, reisde ik veel sneller dan voorzien terug naar Rome (waar de zon wel nog scheen) en verder door naar Napels, waar het 20 graden was en zonnig.
- Mijn bezoek aan de Catacombe di San Callisto in Rome. Deze catacomben konden alleen bezocht worden met een gids en ik ging ervan uit dat ik met een groep Engelstaligen zou worden meegestuurd, maar toen bleek er ook een gepensioneerde Vlaamse geestelijke aanwezig te zijn die in het Nederlands gidste. En aangezien ik de enige Nederlandstalige was kreeg ik dus een privé-rondleiding. Interessant en ook een beetje vreemd. Die catacomben waren een christelijke begraafplaats en om daar zo met zijn tweetjes in die verder verlaten ondergrondse gangen met overal menselijke resten rond te lopen was toch wel een beetje luguber.
- Pompeï. Ik zag al heel wat Romeinse archeologische sites maar niets dat nog maar in de buurt komt van wat er van de Romeinse stad Pompeï is overgebleven. Ik kan mij voorstellen dat het er tijdens het toeristische seizoen druk is, maar toen ik er was was het er heerlijk rustig. En verder kon ik eindelijk eens in T-shirt rondlopen ;-). Uiteindelijk veranderde ook in het Zuiden van Italië het weer en viel daarmee mijn gepland uitstapje naar de krater van de Vesuvius de dag nadien letterlijk in het water.
- Cappuccino’s. Ik ben eigenlijk geen koffiedrinker maar nadat ik mijn eerste Italiaanse cappuccino proefde ben ik daar niet meer mee gestopt. Als het regende en koud was ging ik ergens binnen opwarmen en een cappuccino drinken, en als het mooi weer was deed ik dat op een terrasje :-).




De route: Ik begon in Rome – trok vervolgens naar het Noorden naar Firenze – Lucca – Pisa – San Gimignano en Siena. Omwille van de weersomstandigheden veranderde ik mijn plannen en ging ik sneller dan voorzien terug naar Rome en vervolgens naar het Zuiden naar Napels en Pompeï om uiteindelijk nog eens terug te keren naar Rome voor mijn vlucht weer naar huis.

Leuke herinneringen!
Toen wij in Rome waren (maart 19xx) hebben we twee dagen sneeuw gehad, en nadien regen. Geen terrasje gezien op die vijf dagen!
Dat is wel pech hebben. Al is Rome in de sneeuw natuurlijk ook wel vrij uniek.
Maar ik zou zelf in maart wel liever in de zon op een Italiaans terrasje zitten :-).
Haha, koele kikker dat gij zijt, met die noodlanding 🙂
Het noordelijk deel is heerlijk om terug te zien, daar was ik al meerdere keren (met Firenze vier en Rome drie jaar geleden als meest recente); het zuidelijke deel, daar droom ik al sinds de eerste lessen Latijn van! Eigenlijk zou het er toch echt eens van moeten komen, nu ik zoveel dichter bij Italië zit dan vroeger… Maar dus wel goed om weten om dat toch ook niet té veel buiten seizoen te doen 😉
Hoe reisde je daar ter plaatse eigenlijk rond?
Haha, dat koele kikkergehalte is relatief :-). Ik heb een bijna blind vertrouwen in de veiligheid van vliegtuigreizen. Mijn vertrouwen in bussen en auto’s (en de mensen die ze besturen) is veel minder groot, daar ben ik vaak veel minder op mijn gemak.
Ik heb toen het openbaar vervoer gebruikt: de trein waar mogelijk (ik herinner mij wel stevige vertragingen, maar dat is 20 jaar geleden natuurlijk) en voor de rest de bus.
Firenze vind ik een prachtige stad, zelfs in het hoogseizoen! Al drie keer met de trein rondgereisd in Italië, maar nooit zuidelijker dan Siena geraakt. Dringend nog eens naar daar afzakken dus 🙂
Ja, verder naar het Zuiden van Italië trekken zou ik zeker eens doen. Het is er toch wel anders dan in het Noorden.